Je bent hier » Tijdschrift » Archief » Archief maatschappij en cultuur » Je smartphone als copiloot
Je smartphone als copiloot
In de jaren ‘90 voorspelden durfkapitalisten dat het internet tot de “grootste legale schepping van welvaart in de geschiedenis van de planeet” zou leiden. We kunnen vandaag inderdaad onbeperkt kennis delen, kiezen uit miljoenen apps en ons vergapen aan Facebook. Op het gebied van verkeersveiligheid leidt onze smartphoneverslaving helaas vooral tot een vernietiging van welvaart. Dat hoeft helemaal niet zo te zijn. Meer nog, dankzij de digitale revolutie kunnen we eindelijk de wurggreep van het verkeer op de publieke ruimte doorbreken. En het is nog spotgoedkoop ook. Met een overheid die mee is met zijn tijd en doet wat moet, is een ware verkeersrevolutie binnen handbereik.
Een duurzame welvaartsstaat dient de gezondheid van zijn burgers als basisrecht zoveel mogelijk te vrijwaren. Het verkeersbeleid schiet op dit gebied schromelijk tekort. In 2014 betreurde Vlaanderen 394 verkeersdoden, een lichte stijging. De doelstelling voor 2020 bedraagt 200 verkeersslachtoffers en lijkt verder weg dan ooit. Tijd voor een grondige analyse. Hoe kunnen we snel en doeltreffend vooruitgang boeken?
Schiet niet op de piloot
Naar schatting 95 % van de ongevallen is een direct gevolg van een menselijke, onveilige handeling. Omdat het menselijk gedrag feilbaar is, blijven veilige infrastructuur en een veilig voertuigontwerp cruciaal. Dat vraagt echter veel geld en vooral tijd. De vraag die daarop volgt is: hoe onze beperkte middelen maximaal inzetten om zoveel mogelijk ongevallen door menselijke fouten te voorkomen? Een ongeval is meestal een combinatie van factoren.
Volgens het BIVV is overdreven snelheid bij één op drie van de ongevallen de directe oorzaak. Daarnaast spelen een grote rol: alcohol, onoplettendheid, niet defensief rijden, (handsfree) bellen, of nog veel gevaarlijker (risico x 23), sms'en of gebruik van sociale media achter het stuur. Met deze cijfers in het achterhoofd, schat ik dat we op korte termijn het aantal dodelijke verkeersongevallen in België met ruwweg 70 % kunnen doen dalen. Dit kan, op voorwaarde dat het snelheidsregimeaangepast wordt aan de omstandigheden én dat we allen voorbeeldchauffeurs worden.
Veiligheidscultuur
Laten we naast deze afzonderlijke factoren eens kijken naar een minder hapklare factor: de context waarin de rol van de bestuurder is ingebed. Een kijkje in de lucht kan ons hierbij helpen. Waarom is de luchtvaart zo veilig en het wegverkeer zo gevaarlijk? Naast het feit dat er zich in het luchtruim amper conflictpunten bevinden, is onze civiele luchtvaart doordrongen van een veiligheidscultuur. Een landing van een passagiersvliegtuig blijft een technisch huzarenstukje - wie het probeerde op een realistische flight simulator kan dit beamen. Zo’n landing wordt uitgevoerd door mensen van vlees en bloed, toch verloopt ze in meer dan 99.99 % van de gevallen vlekkeloos.
Hoe komt dit? Laten we eens naar de veiligheidscontext kijken bij zo’n landing. Elke piloot heeft een uitstekende training en concentreert zich 100% op de landingsprocedure. Hij is zich bewust van zijn enorme verantwoordelijkheid en krijgt directe ondersteuning van de verkeersleiding en tientallen instrumenten om veilig te landen. Hij beseft dat fouten ofwel gerapporteerd ofwel zeer zware gevolgen hebben en drinkt daarom geen alcohol, neemt geen drugs en is niet vermoeid. Vergelijk dit lijstje met de eigenschappen van de gemiddelde autochauffeur: die heeft in het beste geval éénmalig een korte professionele opleiding gehad en is met van alles en nog wat bezig tijdens het rijden. Hij heeft géén instrumenten die hem aanzetten tot veilig rijden, wel integendeel. Door het alledaagse en 'mijn auto, mijn tweede living'-gevoel verdwijnt de concentratie. Occasioneel zal hij al eens alcohol drinken, drugs gebruiken of symptomen van vermoeidheid vertonen.
Deze snelle vergelijking legt belangrijke pijnpunten bloot en pleit voor een vertaaloefening van deze veiligheidscultuur naar ons rijgedrag. De bestuurdersrol lijkt nu te vaak het slechtste in de mens naar boven te halen. Eerder dan een veiligheidscultuur lijkt er sprake van een snelheidscultuur. Niet alleen draagt menige reclamecampagne daartoe bij, ook het auto-ontwerp zelf nodigt uit tot onveilig rijgedrag. Het design en vooral het enorme snelheidsvermogen dat de bestuurder te allen tijde kan aanspreken, voedt nu een vaak aangeklaagde verkeerscultuur van geldingsdrang, haast en agressie.
Kunnen we dan geen veiligheidscultuur uitbouwen, die het beste uit de mens haalt en die aanspraak maakt op verbondenheid, hoffelijkheid en geduld? Ja, dat kunnen we. Door de rijcontext aan te passen, kunnen we wel degelijk het rijgedrag van de individuele chauffeur grondig veranderen. Hoewel er met infrastructurele keuzearchitectuur heel wat mogelijk is, stoot een brede toepassing op praktische en financiële bezwaren. Hoog tijd om te stoppen met oplossingen uit het verleden en volop de kaart te trekken van de nieuwe realiteit waarin we ons bevinden.